Liverpool is de nieuwe koploper in de Engelse Premier League. De ploeg van succescoach Brendan Rodgers versloeg Tottenham Hotspur vandaag op Anfield verdiend met 4-0 en profiteerde volop van de verrassende nederlaag van Chelsea. De rivaal uit Londen gleed zaterdag op bezoek bij Crystal Palace lelijk uit (1-0).
Philippe Coutinho en Jordan Henderson – al claimde Suárez diens vrije trap nog subtiel met de hak te hebben beroerd – bepaalden de eindstand na rust op 4-0. Liverpool heeft na 32 duels 71 punten, 2 meer dan Chelsea. Nummer 3 Manchester City staat op 67 punten, maar heeft twee wedstrijden minder gespeeld.
Chelsea vergaloppeerde zich in Selhurst Park. Tot overmaat van ramp maakte John Terry de enige treffer. De oud-international liet vlak na rust zijn eigen doelman Petr Cech kansloos. ‘Dit is heel slecht voor onze titelkansen’, mopperde trainer José Mourinho. ‘We zijn te afhankelijk van andere ploegen geworden.’
Manchester City had ook even bovenaan kunnen komen, maar slaagde niet in die opzet. Manuel Pellegrini moest met zijn keurkorps op bezoek bij Arsenal genoegen nemen met een gelijkspel. David Silva zorgde nog wel voor de 0-1, maar Mathieu Flamini stelde de Londense aanhang vlak na rust in deze topper in elk geval deels tevreden (1-1).
Manchester United deed het gemis van Robin van Persie voor even vergeten en tankte tevens enig zelfvertrouwen voor de Europese confrontatie met Bayern München. Dat ging ten koste van Aston Villa: 4-1. Wayne Rooney scoorde tweemaal. Hij benutte onder meer een strafschop, die Leandro Bacuna had veroorzaakt. Deze speelde bij Villa de hele wedstrijd, net als Ron Vlaar.
AD.nl
