Marco van Basten viert vandaag zijn 50ste verjaardag. Voetballend fenomeen. Authentieke perfectionist. Winnaar. Golfer. Pannenkoek. Trainer in de luwte. Een eerbetoon.

Van Basten als lid van UVV, de club waar het begon
EDO was in Utrecht zijn eerste club, maar van UVV was hij het langste lid: van zijn 7de tot zijn 15de. Zo’n club waar je het hele weekeinde rondliep, voetbalde, wedstrijden keek, en weer voetbalde. Het meest leerde hij van Wim Haazer, de aardrijkskundeleraar en jeugdtrainer. ‘Hij had verstand van voetballen, trainen en kinderen’, zou Van Basten later zeggen. ‘En van hem leerde je ook dat je, als je een doelpunt had gemaakt, altijd je medespeler moest bedanken die je de bal had aangegeven.’
De beelden bezorgen voetballiefhebbers tot op de dag van vandaag kippenvel. Marco van Basten nam definitief afscheid van het voetbal. Hij maakte bij AC Milan – Juventus spontaan een rondje door het San Siro. In burgerkloffie. Spijkerbroek en suède jack. Schudde de hand van topscheidsrechter Collina. De emoties gierden door het stadion. Ook ‘San Marco’ slikte. In de dug-out liet trainer Fabio Capello zijn tranen de vrije loop.
Als trainer begon hij meteen als bondscoach. Co Adriaanse noemde Van Basten ‘een parel voor het voetbal’, maar vond dat hij als trainer onderaan moest beginnen. ‘Een goed paard hoeft nog geen goede ruiter te zijn’, zei Adriaanse. ‘Het talent van het paard dat jarenlang prijzen wint door over de meest moeilijke hindernissen te springen, is een ander talent dan dat wat nodig is om de ruiter te worden die het paard over al die balken leidt.’ Van Basten slaagde er in elk geval niet in op het WK van 2006 en het EK 2008 geschiedenis te schrijven, nam zelf ontslag bij Ajax en belandde via Heerenveen bij AZ, waar hij dit seizoen tussentijds een stap terugdeed, van hoofdtrainer naar assistent. Stress leidde hem naar de luwte. ‘Het trainersvak is toch zwaarder dan ik zou hebben gewild.’
Op de laatste januaridag van 2009 liep hij na de nederlaag tegen Heerenveen (0-1) in de eigen Arena als trainer van Ajax naar de trap die naar de catacomben leidt. ‘Hé Marco, bedankt hè, pannenkoek’, klonk het opeens uit de mond van een supporter. Alle frustratie over weer een mislukt seizoen zat ‘m in dat ene woord, pannenkoek. Het was het begin van het einde bij Ajax, waar hij zelf opstapte. ‘Je weet dat je als verantwoordelijke van een organisatie iets naar je hoofd krijgt. Dan is dit beter dan dat mensen met ziektes schelden. Maar prettig vond ik het niet, iedereen begon het daarna te roepen.’
Alles wat na het voetbal kwam, was minder. ‘San Marco’ ging tennissen, deed aan skiën en kwam uit op golf. Lobben, stiffen en scoren werd putten, chippen en droppen. ‘Hij moet en hij zal dat balletje zijn wil opleggen’, stelde Tom O’Mahoney, de professional van de Noordwijkse Golfclub, in die tijd. De adrenaline begon weer te stromen. De topsporter kwam weer tot leven. En de blauwe lucht, de bosgeur, ze deden hem goed. Golf greep hem, al was het anders. ‘Als voetballer kun je je frustraties veel openlijker prijsgeven. Die energie kun je direct kwijt in het spel. Bij golf werkt dat niet zo. Het is anders.’

De enkel die een einde maakte aan zijn actieve loopbaan
De Enkel. Zelden eindigde zo’n bloeiende voetballoopbaan zo dramatisch. Van Basten kampte al sinds 1986 met problemen aan de rechterenkel, waar geen kraakbeen meer werd aangemaakt. Artsen en chirurgen bogen zich erover, operaties volgden, hij revalideerde, kwam terug en moest opnieuw herstellen. ‘Alsof ik op een handgranaat ben gestapt, zó zag die enkel eruit’, zegt hij over de laatste operatie in 1994. Een jaar later, op 17 augustus 1995, maakt Van Basten bekend dat hij stopt. Dertig jaar is hij.
Iedere Nederlandse voetballiefhebber kan het doelpunt uittekenen. De voorzet van Arnold Mühren die uren onderweg leek. Het duikelende loopje van USSR-doelman Dasajev toen de bal binnenplofte. De verbaasde, bijna verbouwererende blik van de maker zelf. Het weglopen daarna, het juichen met één arm. Het beeld van bondscoach Rinus Michels die de handen naar het hoofd bracht. Voor velen symboliseerde de fabelachtige, vlammende volley het succes van het gewonnen EK. En die kwam van ‘de man die woonboten deed zinken’, Marco van Basten, speler én topscorer van het toernooi. De UEFA heeft de volley opgenomen in een lijst van 60 mooiste treffers aller tijden.
Schuivers, rollertjes, stiffies, intikkers, knikjes, harde schoten, geplaatste kopballen, volleys, oerknallen. Marco van Basten scoorde uit alle hoeken en gaten. De geboren Utrechter was één van de meest veelzijdige spitsen in het Nederlandse voetbal. Uiteraard behoort ook de omhaal tot zijn oeuvre. De beroemdste zag het licht op 9 november 1986 in stadion De Meer. Tegenstander was FC Den Bosch, in het doel stond Jan van Grinsven. Aangever was Jan Wouters vanaf de rechterkant. De bal vloog over de Brabantse defensie waar Van Basten een paar metertjes vrijheid kreeg, omhaalde en zag dat de knikker de rechterbovenhoek bereikte. ‘Als de bal net achter je komt, heb je de optie om hem aan te nemen en terug te leggen. Voel je je goed dan kun je ook een omhaal proberen’, zei hij ooit. Hij voelde zich goed die dag.
Driemaal ontving Marco van Basten de Ballon d’Or, de Gouden Bal voor de beste (toen Europees) voetballer van het jaar, in 1988, 1989 en 1992. Daarmee evenaarde hij Johan Cruijff (1971, 1973 en 1974). Van Basten gaf de eerste Gouden Bal aan vader Joop, zette zijn tweede in zijn toenmalige appartement in Milaan en droeg de derde op aan Silvio Berlusconi. ‘Omdat ik hem als mijn tweede vader beschouw’, zei hij destijds.

Europa Cup 1
‘De Drie van Milaan’ – zo werden Marco van Basten, Frank Rijkaard en Ruud Gullit begin jaren negentig van de vorige eeuw genoemd. Ze wonnen samen in 1989 en 1990 met AC Milan de Europa Cup 1, in finales met Steaua Boekarest en Benfica.
Johan Cruijff speelde bij aartsrivaal Feyenoord, de ploeg die kampioen werd én de KNVB-beker won. Toch speelde Ajax dat seizoen een van de meest legendarische Klassiekers. In het Olympisch Stadion werd het 8-2 voor Ajax, met een hoofdrol voor Van Basten: drie goals. Dat optreden op die 18de september van 1983 wordt gezien als zijn definitieve doorbraak. Veel junioren hielden bij welke wedstrijden ze speelden en of zij doelpunten maakten. Van Basten was één van de weinigen die daar als prof nog even mee door gingen. Zijn tekst na die Klassieker in de multomap: ‘Gescoord, 3x’.