Bondscoach Seedorf: ‘Kluivert is voor mij goud waard’

Samen wonnen ze in 1995 met Ajax de Champions League en nu – dik twintig jaar later – trekken ze samen de kar bij de nationale ploeg van Kameroen. Dat hadden Clarence Seedorf en Patrick Kluivert destijds uiteraard nooit kunnen bedenken. Maar dat het zover is gekomen, verbaast de bondscoach en zijn assistent toch ook weer niet.

“We hadden elkaar kort voordat Kameroen in zicht kwam toevallig net gesproken”, vertelt Seedorf. “We zeiden: je weet maar nooit, misschien gaat het gebeuren en gaan we iets samen doen. Het was geen plan, maar gezien onze goede relatie en als je weet hoe moeilijk het is om kansen te krijgen in de voetbalwereld, wil je elkaar helpen. We stonden er dus wel al voor open.”

Meer dan vrienden

Dat ze een goed team zouden vormen, wist Seedorf wel. “We gaan al vanaf dat we klein zijn met elkaar om. Ook buiten het veld. We zijn meer dan vrienden. Dat maakt in een samenwerking heel veel dingen stukken makkelijker. En professioneel hebben we ook vele jaren met elkaar gewerkt.”

“Ik ben heel blij met Patrick. We vullen elkaar goed aan. We hebben dezelfde filosofie over voetbal en ook over hoe we met mensen willen omgaan. Dat zijn twee belangrijke pilaren.”

Als bondscoach is de 42-jarige Seedorf de eindverantwoordelijke bij de ploeg die zich aan het voorbereiden is op de Afrika Cup, maar leeftijdsgenoot Kluivert voelt zich geen ondergeschikte. “Ik ben ook hoofdtrainer geweest en nu ben ik assistent. Zo staat het op papier”, legt de oud-spits uit. “Maar zo ervaren we het niet.”

Geen ego-probleem

“In mijn manier van werken gebruik ik mijn assistenten heel veel”, legt Seedorf uit. “In alles. We zijn allemaal verantwoordelijk voor de resultaten. Iemand moet uiteindelijk de beslissingen nemen, maar het is nooit een probleem geweest. Er is geen ego-probleem. Ik doe de persconferenties ietsjes meer, maar we doen het werk allemaal samen. De bijdrage die Patrick levert, is voor mij goud waard.”

Sinds augustus zwaait Seedorf de scepter bij Kameroen, dat in 2017 verrassend de Afrika Cup veroverde, maar een jaar later ontbrak op het WK in Rusland. Hij en zijn staf staan voor de taak de ‘Ontembare Leeuwen’ klaar te stomen voor de Afrika Cup van volgend jaar juni, waarvoor Kameroen als organisator reeds geplaatst is.

Het was aanpassen geblazen, vertelt de oud-trainer van onder meer AC Milan en Deportivo La Coruña. “Maar dat is het altijd als je in een nieuwe omgeving komt. Maar ik heb het naar mijn zin.”

Hetzelfde geldt voor Kluivert, die assistent-bondscoach bij Oranje was, de nationale ploeg van Curaçao onder zijn hoede had en een jaar als technisch directeur bij Paris Saint-Germain werkzaam is geweest. “Mijn gevoel lag altijd al bij op het veld staan en met de jongens aan het werk zijn. Dat is ook mijn kracht. Ónze kracht. Wij kunnen de jongens iets meegeven waardoor ze beter worden, individueel maar vooral ook als collectief.”

1995: Patrick Kluivert en Clarence Seedorf (links) na het winnen van de Champions League.

“Wij besteden vooral veel aandacht aan de groepsvorming”, beaamt Seedorf. “Dat is een groot probleem geweest in het verleden hier. Wij hoeven niet te winnen om ons te kwalificeren, maar wij willen wel progressie zien. En dat hebben we bij elke wedstrijd gezien, en bij elk trainingskamp. Sinds de nederlaag tegen Marokko hebben we groei gezien. En dat is wat wij willen.”

‘Spelers nog erg jong’

De buitenwereld denkt bij Kameroen, dat vanavond in Londen tegen Brazilië oefent, nog aan Roger Milla en Samuel Eto’o. De huidige ploeg ontbeert zulke sterren, al kennen we in Nederland natuurlijk André Onana, de doelman van Ajax. “We zijn pas drie, vier wedstrijden onderweg, maar we hebben er heel wat nieuwe jongens bij gehaald en veel spelers zijn nog erg jong”, vertelt Seedorf.

“Waar we precies staan, kunnen we pas bekijken na de volgende Afrika Cup. Maar dit zijn wedstrijden die de jongens heel veel geven: de ervaring om tegen grote ploegen te spelen, de emotie die dat met zich meebrengt. En de druk, want ook al is het vriendschappelijk, iedereen kijkt mee.”

 

 

Bron: NOS.nl

Share article

Latest articles