Chelsea is zaterdag op bizarre wijze ontsnapt aan de eerste nederlaag onder Guus Hiddink. De ploeg van de Nederlandse manager leek op het eigen Stamford Bridge met 3-2 te gaan verliezen van Everton, maar in de achtste minuut van de blessuretijd redde aanvoerder John Terry een punt voor de thuisclub: 3-3. Terry stond buitenspel toen hij de bal met een subtiel hakje langs doelman Tim Howard tikte, maar dat ontging de arbitrage.
De Engelse kampioen kwam voor eigen publiek met 2-0 achter, knokte zich langszij door twee doelpunten in drie minuten tijd, maar leek bij het ingaan van de blessuretijd alsnog onderuit te gaan. De Argentijnse invaller Ramiro Funes Mori tikte op knappe wijze, met de buitenkant van zijn rechtervoet, bij de tweede paal een voorzet van Gerard Deulofeu achter doelman Thibaut Courtois.
Everton dacht de punten binnen te hebben, maar in de slotseconden redde Terry nog een puntje voor Hiddink en diens mannen. De Engelse verdediger werd daarmee alsnog de held van de ‘Blues’. Kort na rust had Terry op knullige wijze met een eigen doelpunt de score geopend. Hij leidde daarmee een bizar doelpuntenfestijn in. Met 25 punten staat Chelsea op de veertiende plaats, nog altijd in de buurt van de degradatiezone.
Aan kop van de Premier League werd Arsenal afgelost door Manchester City, dat een soepele zege boekte op Crystal Palace: 4-0. Sergio Agüero nam de helft van de productie voor zijn rekening. De ‘Citizens’ staan op basis van het doelsaldo boven Arsenal en Leicester City, twee clubs die ook 43 punten hebben, maar allebei nog in actie komen.
Bron: ad.nl
