AMSTERDAM – De belangenbehartigers in het Nederlandse betaald voetbal hebben een akkoord bereikt over een collectieve salarisvermindering.
Naar schatting wordt hiermee op jaarbasis zo’n 35 miljoen euro uitgespaard, bedoeld om de financiële gevolgen van de coronacrisis voor de clubs iets te verlichten.
Het akkoord is gesloten tussen werkgeversorganisatie FBO, de spelersvakbonden VVCS en ProProf en de vakvereniging Coaches Betaald Voetbal (CBV). Voetbalbond KNVB, de Eredivisie CV en de Coöperatie Eerste Divisie ondersteunen de maatregelen. De partijen spreken van een „historisch akkoord.”
Het pakket aan noodmaatregelen bestaat uit collectieve aanbevelingen en bindende afspraken. De aanbevelingen zijn bedoeld voor het resterende deel van het inmiddels afgebroken seizoen en de eerste seizoenshelft van het seizoen 2020/2021. Zo is het verzoek om af te zien van collectieve bonussen of daarvoor een minnelijke regeling te treffen. Wat betreft salarisreductie hanteren de betrokken partijen een ’progressieve staffel’, wat betekent: hoe hoger het salaris, hoe meer spelers en trainers inleveren. Dat loopt uiteen van 2,5 tot maximaal 20 procent. De aanbeveling van salarisreductie geldt in principe tot 1 januari 2021.
Verantwoordelijkheid genomen
„Wij zijn op een gepaste wijze trots dat we in deze voor iedereen bizarre, moeilijke en onrustige tijden toch collectieve afspraken hebben kunnen maken met de vakbonden over noodmaatregelen voor het betaald voetbal”, aldus FBO-directeur Serge Rossmeissl. „Het geeft aan dat iedereen binnen de voetballerij zich volledig bewust is van de ernst van de crisis en de gevolgen voor het betaald voetbal. Daarnaast bewijst deze regeling dat het betaald voetbal de verantwoordelijkheid neemt om eerst naar zichzelf te kijken, bij het nemen van noodzakelijke maatregelen.”
Eerste branche
Het betaald voetbal is de eerste branche die in Nederland in deze corona-tijd collectieve afspraken heeft weten te maken over salarisreductie en neemt een unieke positie in binnen Europa.
„Uiteraard zagen wij dat spelers in veel landen al in dezelfde maand werden geconfronteerd met hele forse salarisaanpassingen. Soms werd dit zelfs eenzijdig bepaald door hun club of de overheid, of kwam dit tot stand onder zware morele druk. Dat hebben wij in Nederland weten te voorkomen”, zegt Evgeniy Levchenko, voorzitter van de spelersvakbond VVCS.
Redelijk compromis
„Het definitief niet kunnen uitspelen van de competities en het zeker een half jaar niet kunnen spelen met publiek leidt tot zo’n 300 miljoen aan inkomstenverlaging. Met die cijfers op tafel hebben wij onderhandeld met de FBO en zijn wij tot een pakket maatregelen gekomen dat ons inziens gegeven de omstandigheden een redelijk compromis is. Het pakket bestaat daar waar het gaat om het inleveren van een deel van het salaris uit aanbevelingen, waarbij wij uit zijn gegaan dat de sterkste schouders de zwaarste lasten zullen dragen.”
De oud-prof van onder meer Vitesse, Willem II en FC Groningen is trots, zo zegt hij. „Ik ben er trots op dat wij het zo hebben kunnen doen en dat de spelers hun verantwoordelijkheid pakken om zo een hele substantiële bijdrage te leveren aan het oplossen van de problemen. Een hele mooie bijkomstigheid is dat ons coronapakket ook voorziet in de verlenging van onze cao tot 30 juni 2023. Zo krijgen de spelers weer extra rechtszekerheid en garanties voor een langere periode.”
De KNVB berekende al dat de clubs minimaal 300 miljoen euro aan inkomsten mislopen, omdat het huidige seizoen voortijdig is beëindigd. Het ziet ernaar uit dat de stadions ook komend seizoen nog maanden gesloten zullen blijven voor het publiek, waardoor de schade voor de clubs nog groter wordt. De KNVB heeft de overheid om hulp gevraagd, maar benadrukte dat het Nederlandse profvoetbal eerst zelf financiële offers zal moeten brengen.
Telesport