Uiterst relaxed sloffen de selectiespelers van een zaterdag vierdeklasser de kantine in Amsterdam-Oost binnen. De burenderby tegen AVV TOG zal voor een aantal van hen nog bijzonder zijn, maar de nieuwe linksbuiten van Real Sranang, met 34 interlands achter zijn naam, is wel wat gewend.
Jeremain Lens is zeker niet de enige bekende naam bij de Amsterdamse amateurclub. Terwijl Ryan Gravenberch zich opmaakt voor een basisplek in het Nederlands elftal tegen Bosnië & Herzegovina, staat grote broer Danzell op een zonovergoten zaterdagmiddag als hoofdtrainer voor de groep bij amateurploeg Real Sranang.
Op zich al een bijzonder gegeven aangezien de 30-jarige Gravenberch nog ‘gewoon’ profvoetballer is bij FC Den Bosch in de Keuken Kampioen Divisie. Maar dat hij voormalig FC Utrecht en N.E.C.-speler Leroy George en 34-voudig international Lens zo ver heeft gekregen om in de zaterdag Vierde klasse B te voetballen, maakt het bijzondere verhaal compleet.
Een reportage over een stukje Suriname in Amsterdam-Oost.
Aangekomen bij Sportpark Middenmeer is het even zoeken naar het goede adres. Dit complex herbergt namelijk veel meer verenigingen dan alleen Real Sranang. De tegenstander van vandaag in het bekertoernooi, AVV TOG, passeer je als je de borden richting het clubhuis van Real Sranang volgt. De geur van Surinaams voedsel en de bijbehorende rook verraadt gelukkig al snel waar we moeten zijn. Vertaald naar het Nederlands heet de club namelijk ‘Koninklijk Suriname’.
Vroeg verzamelen
Terwijl de wedstrijd pas om 17.00 uur gespeeld wordt, druppelen de eerste selectiespelers al om 14.30 uur de ruim opgezette kantine binnen, die volhangt met gesigneerde shirts van spelers als Ryan Gravenberch, Sergiño Dest en Sheraldo Becker. Voor de eerste thuiswedstrijd – en tweede bekerwedstrijd – van het seizoen heeft trainer Gravenberch een uitgebreide voorbereiding in petto.
Lilian Panka, de moeder van Danzell en vicevoorzitter van de club, heeft een grote pan kippensoep – gemaakt door de oma van één van de spelers – klaarstaan en al slurpend vult de bestuurskamer zich met spelers van het eerste elftal.
“Heb je de app niet gelezen?”, dolt Gravenberch een van zijn spelers die te laat is, waarop hij van een ander respons krijgt met de vraag waarom ze in hemelsnaam al tweeënhalfuur van tevoren aanwezig moesten zijn. De reden laat zich wel raden.
Want onder leiding van de huidig FC Den Bosch-spits en met oud-profs Jeremain Lens (36) en Leroy George (37) slaat de club een nieuwe weg in. De doelstelling is duidelijk: eerst promoveren naar de Derde klasse, waarna zo snel mogelijk de stap dient te worden gemaakt naar de hogere amateurdivisies.
“Vorig jaar heb ik mijn eerste trainersdiploma gehaald en ik ga nu voor de tweede. Ik wil ook graag trainer zijn. Zo kwam hier een mooie uitdaging voor mij en die heb ik met beide handen aangepakt” , legt Gravenberch uit.
Geen toeval
En waarom dan Real Sranang? “Ik ben al jaren verbonden aan deze club. Mijn kinderen speelden hier vroeger en mijn jongste zoon speelt nog hier. Dus dat gaat jaren terug, ik loop hier zelf al sinds mijn tiende rond”, vertelt de kersverse hoofdtrainer, wiens moeder net zo verbonden is met de club.
“Het is hier ons kent ons. Je komt vanzelf weer terecht bij Real. Dat is altijd zo geweest”, aldus Panka, die haar zoon naar de club heeft gelokt.
Dat oud-profs als George en Lens zich bij deze club aansluiten is ook geen toeval. In de woorden van Sranangs nieuwe sterren is de liefde voor de club hoorbaar. “Ik kom al jaren bij deze club en eigenlijk speelt het al jaren of ik hier kan aansluiten. Nu ik gestopt ben als prof ga ik op dit niveau verder”, vertelt Lens, die zijn bestaan als profvoetballer deze zomer na zijn vertrek bij het Franse FC Versailles vaarwel zei.
Feest
Ondertussen vult het complex zich met toeschouwers. Opvallend veel voor een amateurclub die uitkomt op het zevende Nederlandse amateurniveau. Maar wie denkt dat dat alleen maar komt door de nieuwe aanwinsten, zit ernaast. Uit gesprekken met mensen van de club blijkt al snel dat Real Sranang veel meer is dan een voetbalclub.
“Er is voor ieder wat wils hier. Doordeweeks worden er ’s avonds kaartenclubjes georganiseerd voor ouderen, maar er worden hier ook vaak feesten gegeven”, vertelt de enthousiaste clubfysio Zach Heide. Dat bij Sranang ook gefeest wordt, blijkt een paar uur later wel.
Maar voor dat het feest losbarst, moet er eerst worden gevoetbald. Rond de klok van vier doet trainer Gravenberch samen met assistent-trainer Julian Emanuelson – inderdaad, de broer van – gepassioneerd zijn wedstrijdbespreking, schuift de magneetjes over zijn tactiekbord en geeft zijn team zijn boodschap voor vandaag mee.
De drie punten zijn nodig, in balbezit moet het veld groot worden gehouden, het aanwezige publiek moet worden vermaakt en de vlugge rechtsbuiten met rugnummer 11 (bijnaam: Bully) krijgt nog wat speciale instructies mee van zijn trainer.
Na een goed georganiseerde warming-up, waar Gravenberch er kort opzit, kan de wedstrijd eindelijk beginnen. De spelers komen de catacomben uit met Rocky Balboa-klassieker Eye of the Tiger als opkomstnummer, confettikanonnen en een luid applaus voor het versterkte vlaggenschip van Real Sranang.
De wedstrijd
We stationeren ons naast een opvallende man gehuld in een legeroverall van het Corps Mariniers inclusief een dikke Cubaanse sigaar op de lip. De wedstrijd kan – iets later dan gepland – beginnen. Met George op tien, met zijn FC Utrecht-debuutnummer ‘41’ op de rug en Lens op zijn vertrouwde linksbuitenpositie, is het keurcorps op het veld in ieder geval goedgekeurd.
Na de eerste balcontacten is al duidelijk dat de oud-profs het voetballen niet verleerd zijn. Vroeg in de eerste helft tekent George voor de openingstreffer, Lens volgt kort daarna uit de rebound van George met de 2-0. De derde is een treffer op aangeven van Lens, wat ook direct de ruststand betekent.
Conclusie halverwege: George en Lens kunnen nog voetballen én hard rennen. (En de bijzondere toeter na een doelpunt zal vandaag nog wel vaker afgaan.)
In de kleedkamer is de sfeer ondanks de ruime voorsprong nog steeds serieus. George, Lens en aanvoerder Gino Pique geven als verlengstuk van de trainer al drinkend van de gifgroene limonade hun bevindingen over de eerste helft, waarna Gravenberch zelf het woord neemt en de rest aandachtig luistert.
En dat hij ambitie heeft in het trainersvak, (en het jargon beheerst) wordt steeds duidelijker. “Niet verslappen, ook al staan we 3-0 voor! Zet even aan, blijf vooruit spelen en dan spelen we ze kapot. Blijf ze opzoeken in de één-tegen-één en tegen de backs: blijf overlappen.”
De eerste aanval na rust is direct raak, waarna Lens de vijfde treffer van de middag en zijn tweede op het scorebord zet. Even daarna verlaat hij onder luid applaus het veld, George blijft wel staan.
Naarmate de wedstrijd vordert en de elf op het veld nog even aanzetten, zet het aanwezige publiek ‘ook nog even aan’, maar dan op het gebied van consumeren. De bara’s met kip en de bakjes bloedworst vinden gretig aftrek, net als de blikjes bier en borrels. De wedstrijd loopt op zijn einde en de eerste thuisoverwinning zal goed worden gevierd.
Ontspanning
Na de 6-1 overwinning is de sfeer opperbest. De wisselspelers van tegenstander TOG vragen al grappend of we de zes tegentreffers uit het verhaal kunnen halen, Gravenberch spreekt zijn elftal op het veld nog even toe en stuurt zijn spelers richting kleedkamer, waar de pre-party kan beginnen.
De tevreden George en Lens vragen zich hardop af of ze eerst een borrel nemen voordat ze onder de douche springen. Eerst nog even de pers te woord staan, terwijl de aanwezige kinderen het veld opkomen en zich rondom het duo verzamelen. Waar de selectie inmiddels de kleedkamer heeft bereikt, gaat in de kantine onder leiding van een Surinaamse band het dak eraf.
Het oud-prof-duo verzorgde samen genoeg om van te genieten, daar waren ze het zelf ook wel over eens. “Voetballen verleer je niet he. Alleen de snelheid gaat wat achteruit”, zegt George daarover, terwijl Lens spreekt van een ‘heerlijk middagje’.
Lens komt de door muziek gevulde kantine in, grijpt een fles Hennessy-cognac, een zak ijs en twee flessen cola achter de bar vandaan voor zijn teamgenoten. Lekker ontspannen kan de overwinning worden gevierd; even wat anders dan tijdens zijn achttien jaar durende profbestaan.
Bron: ESPN NL