IOC: niet er blind vanuit gaan dat transgenders een oneerlijk voordeel hebben

AMSTERDAM – Volgens nieuwe richtlijnen van het Internationaal Olympisch Comité (IOC) mag er niet van worden uitgegaan dat een transgender-atleet automatisch een oneerlijk voordeel heeft ten opzichte van vrouwen. Dat staat in richtlijnen over transgenderinclusie, die het IOC heeft gepubliceerd.

Het IOC legt daarin ook de verantwoordelijkheid bij de op zichzelf staande sportfederaties, zodat de situatie per sport kan worden bekeken. „Het IOC zit niet in een positie om regels op te stellen die de criteria bepalen voor elke sport en discipline vanwege de diversiteit aan regels en sportsystemen.” Daarnaast wordt de bonden aangeraden om de atleten te betrekken bij hun beslissing.

Wat verder een belangrijk punt is in het nieuwe beleid, dat bestaat uit tien punten, is dat van een transgendervrouw niet langer geëist wordt dat haar testosteronwaarde gedurende een jaar onder een gezette limiet ligt.

„Je hoeft helemaal geen testosteron te gebruiken om te beslissen wie kan meedoen” stelt Richard Budgett, medisch expert van het IOC. Toch wordt er benadrukt dat de opgestelde punten niet bindend zijn voor sportbonden. „Dit is een richtlijn, het is geen absolute regel.” De punten zijn in de voorbije twee jaar tijd opgesteld in overleg met meer dan 250 atleten en andere belanghebbenden. Het is de bedoeling dat zij na de Winterspelen van Peking volgend jaar worden geïmplementeerd.

Het nieuwe kader van het IOC is ook van toepassing op atleten met verschillen in geslachtsontwikkeling, zoals de Zuid-Afrikaanse hardloopster Caster Semenya.

 

 

Bron:Telegraaf.nl

Share article

Latest articles