Donderdag werd bekend dat de KNSB signalen had ontvangen dat sommige schaatsers – onduidelijk is hoeveel en wie – de hormonen ten onrechte gebruiken. Het middel staat niet op de dopinglijst, maar mag niet zomaar voorgeschreven worden.
“Ik vind het belachelijk dat je als sporter aan de medicatie gaat die je niet nodig hebt”, oordeelt Mulder, die vier jaar geleden de olympische titel op de 500 meter pakte, vrijdag in het Noordhollands Dagblad.
“Daarnaast vind ik het ook heel zorgelijk en kwalijk dat er artsen zijn die dit voorschrijven bij gezonde sporters. Je zet je gezondheid op het spel.”
De KNSB stuurde alle schaatsers na de Olympische Spelen van februari in Pyeongchang een brief waarin de bond waarschuwt voor het gebruik van schildklierhormonen. De bond benadrukte een dopingvrije sport na te streven.
Mulder, die in 2013 en 2014 wereldkampioen sprint werd, baalt ervan dat schaatsers die het schildklierhormoon misbruiken de sport in een kwaad daglicht stellen.
“Je maakt de sport kapot. Nu krijgt de hele schaatswereld een vraagteken boven zijn hoofd. En elke topprestatie wordt gewantrouwd. Dat terwijl ik geen vraagteken boven mijn hoofd wil hebben, want ik opereer in het witte gebied.”
Schaatscoach Johan de Wit, die bondscoach van Japan is, snapt ook niets van de schaatsers die het middel misbruiken en spreekt woorden van gelijke strekking.
“Ik word er verdrietig van, niet eens boos. Zo werkt het in de sport, lijkt het wel. Er wordt op een slinkse manier met de regels omgesprongen”, zegt hij. “Als je op deze manier de grenzen gaat opzoeken, ook al is het op papier geen dopinggebruik, dan ben je hartstikke hypocriet bezig. Ermee wegkomen vind ik belachelijk en triest.”
De Nederlandse Dopingautoriteit dringt er bij het mondiale antidopingbureau WADA al langer op aan om het schildklierhormoon op de lijst met verboden middelen te zetten, maar tot dusver zonder succes. Wel stelde het WADA een onderzoek naar het middel in.