“Het was heel moeilijk voor me om van de baan te stappen voordat de partij afgelopen was”, zei de 32-jarige Nadal nadat hij Juan Martín del Potro met diens finaleplaats gefeliciteerd had. “Maar op een gegeven moment moet je toch een besluit nemen.”
In het Arthur Ashe Stadium ging het in de eerste set nog wel gelijk op, maar Nadal voelde al na vier games dat het weer niet goed zat in zijn rechterknie. Daarom liet hij tijdens een medische time-out zijn knie inpakken.
“Vanaf dat moment bleef ik maar hopen op een moment dat het beter zou worden”, vertelt de drievoudig kampioen, die de tape nog een keer liet vervangen en zich ook liet masseren. “Maar nee, dat mocht vandaag niet zo zijn.”
De Spaanse hardhitter probeerde de partij nog zo lang mogelijk te rekken, maar kon na afloop van de tweede set niet anders dan de strijd staken. Hij stond toen met 2-0 in sets achter tegen de Argentijn Del Potro: 7-6 (3) en 6-2.
“Het was bijna niet te doen om met die pijn door te spelen. Het was aan het einde al niet eens een echte wedstrijd meer, toch? Er stond nog maar één speler op de baan die speelde, de ander stond er alleen nog maar.”
Het is beslist niet de eerste keer dat Nadal hinder van het gewricht ondervindt. “Het is altijd hetzelfde met die knie. Als het weer misgaat, moet ik dat accepteren, maar dat is moeilijk. Ik baal niet eens dat ik verloren heb, maar vooral dat ik er niet voor heb kunnen knokken.”
De US Open-winnaar van 2010, 2013 en 2017 had zijn “fantastische” seizoen namelijk nog wat extra cachet willen geven met de titel op Flushing Meadows. “Tot vandaag had ik een topjaar. Ik heb maar vier keer verloren. In twee gevallen moest ik opgeven, helaas beide keren op een Grand Slam. Frustrerend.”
Door het terugtrekken van Nadal drong Del Potro voor de tweede keer in zijn carrière door tot een Grand Slam-finale. In 2009 was hij, toen ook in New York, te sterk voor Roger Federer. Zondagavond treft hij Novak Djokovic.