Arsenal heeft zondag in de slotseconden Leicester City op de knieën gekregen. Toen de blessuretijd van vier minuten al was verstreken, kopte invaller Danny Welbeck de ‘Gunners’ naar de winst: 2-1. Daardoor verkleinde Arsenal de achterstand op de verrassende koploper van de Premier League tot twee punten.
Topschutter Jamie Vardy had Leicester City kort voor rust uit een strafschop op voorsprong geschoten. De Engelse spits was zelf gretig over het been van Nacho Monreal gedoken en knalde de bal vanaf 11 meter strak in de hoek. De bezoekende ploeg van manager Claudio Ranieri kwam kort na rust echter met tien man te staan, nadat verdediger Danny Simpson in vijf minuten tijd twee gele kaarten had gekregen.
Arsenal drong de koploper ver terug en kwam in de zeventigste minuut langszij via invaller Theo Walcott. Ondanks een groot aantal kansen voor Arsenal leek Leicester een punt te pakken. Doelman Kasper Schmeichel zag Alexis Sánchez, Aaron Ramsey en Per Mertesacker allemaal grote mogelijkheden verprutsen. In de 95e minuut, toen de extra tijd al was verstreken, ging de stuntploeg van de Premier League toch nog onderuit. Mesut Özil legde een vrije trap precies op het hoofd van Welbeck, die de spanning in de Engelse titelstrijd helemaal terugbracht.
Welbeck beleefde daarmee een geweldige rentree. De Engelse aanvaller stond sinds april vorig jaar aan de kant met een knieblessure en zat tegen Leicester voor het eerst weer bij de selectie.
Met Tottenham Hotspur en Manchester City staan later op zondag de nummers drie en vier van de ranglijst nog tegenover elkaar. De Spurs hebben vijf punten minder dan Leicester, City zes.
Bron: ad.nl
