Onze verslaggevers Arjan Schouten en Rik Spekenbrink volgen het Formule 1-circuit op de voet. In blogs melden ze wat hen verbaast in de wereld van pk’s en glitter en glamour.
Een ovationeel applaus voor Marcus Ericsson, vandaag op Monza. Dat we dat nog mee mochten maken. De meest kleurloze coureur in de paddock moest er op het Italiaanse circuit wel eerst zijn Sauber voor aan gort rijden (zie video bovenaan het artikel). Daarna stapte hij ongedeerd uit en wandelde op eigen kracht terug naar de paddock, zwaaiend naar het applaudisserende publiek waar hij om de paar meter een duimpje naar toe omhoog stak.
Wie die crash van Ericsson terugkijkt, zal zich afvragen hoe hij na die klapper in godsnaam heelhuids uit zijn bolide kan zijn gekropen. Het was een megacrash, die we in alle jaaroverzichten terug gaan zien. Nog sensationeler dan die lancering van de McLaren van Fernando Alonso, vorige week op Spa.
Bij het aanremmen en insturen van de eerste bocht naar rechts, schoot de Sauber van Ericsson juist links de vangrail in. Om daarna een paar flikflaks te maken, elke met steeds iets minder onderdelen aan de wagen. De stewards, die zich op de plaats van het incident kapot moeten zijn geschrokken, omdat daar zelden een auto links de boarding in vliegt, raapten zich een ongeluk aan alle brokstukken. ,,Ik heb geen idee wat hier net gebeurde’’, riep Ericsson meteen na zijn klapper. De boosdoener? Het scheen een haperend DRS-systeem te zijn.
Wie een Formule 1-crash in een actiefilm na zou willen bootsen, zou de auto precies zo laten crashen als Ericsson. Een volmaakte crash wat het, bovenal omdat hij zonder ook maar een krasje of een ingescheurde teennagel weer uitstapte.
Wie zegt dat Formule 1 iets van het magische heeft verloren, omdat de dood uit de sport verdwenen is, moet volgens mij even langs de dokter. Die halo op die wagen, hartstikke fijn. Af en toe een dikke vette crash hoort voor mij bij de sport, absoluut waar. Maar zoals het er een paar decennia terug aan toe ging, toen coureurs wekelijks hun leven waagden. Dan had ik er toch wel met minder plezier naar gekeken. Het kijkt gewoon net even wat lekkerder als je bij voorbaat al weet dat de coureurs in geen auto veiliger zijn dan in een Formule 1-bolide. Marcus Ericsson bewees het nog maar eens. Waarvoor hulde.