Alexander Kristoff heeft de 105de editie van Milaan-Sanremo gewonnen. De Noor van Katjoesja bleef in de 294 kilometer lange wedstrijd Fabian Cancellara en Ben Swift ruim voor in de eindsprint van een circa dertig man tellende groep.
Maarten Tjallingii was de iniatiator van een vluchtgroep van zeven man met daarin ook Marc de Maar. De Nederlanders reden 270 kilometer op kop en werd ingehaald op de Cipressa, door Nibali. De Italiaan pakte een minuutje, maar redde het niet.
Bijna alle topfavorieten (Nibali bleek moegestreden en John Degenkolb reed lek) zaten in de voorste groep en sprintten om de zege. Cancellara, winnaar in 2008, eindigde voor de derde keer als tweede.
Wedstrijd voor de sprinters
Om 10.05 uur waren 200 renners begonnen aan Milaan-Sanremo. Omdat Le Manie geschrapt was, net als de ingelaste helling Pompeiana (tussen de Cipressa en de Poggio), werden sprinters vooraf genoemd als de grote favorieten.
De wedstrijd was nog geen vijf kilometer oud of Nicola Boem en Maarten Tjallingii namen de benen. Zij zagen eerst de Tsjech Jan Barta aanhaken en later volgden naast De Maar en de Italianen Antonio Parrinello en Matteo Bono en de Australiër Nathan Haas. Met elf minuten bereikte het zevental zijn maximale voorsprong.
Op de top van de Turchino, halverwege de koers, was het peloton al vier minuten op de zeven ingelopen.
In het peloton werd het tempo al die tijd bepaald door Cannondale (Sagan), Trek (Cancellara) en Giant (Degenkolb). Met zes minuten achtten die ploegen de voorsprong controleerbaar en daarom werd besloten wat gas terug te nemen.
Boem hield het in de stromende regen na 200 kilometer voor gezien, Haas viel terug na een lekke band en Parrinello liet zich moegestreden terugzakken. Barta moest de Nederlanders later eveneens laten gaan.
Aanvallen op Cipressa en Poggio
Nibali was de eerste van de kanshebbers die een aanval plaatste. Hij sprong weg op de Cipressa, achterhaalde de twee op kop in de afdaling en pakte een kleine minuut. Maar zijn marge aan de voet van de Poggio (tien tellen) was te mager.
Op de Poggio sprong eerst Gregory Rast weg en Enrico Battaglin vond zijn wiel. Zij konden echter niet voorkomen dat de rest weer terugkwam en na de afdaling bleek de voorste groep nog dertig namen te tellen.
Daar zaten veel sprinters bij, alleen Degenkolb ontbrak door een lekke band. Kort voor de vlag van de laatste kilometer probeerde Sonny Colbrelli het nog, maar zijn poging had niet al te veel om het lijf.
Regen eist tol
In de laatste kilometer was goed te zien hoe zwaar 294 kilometer geploeter door de regen is. Bij de meeste sprinters was de fut er uit. André Greipel bungelde achteraan, Sagan kon niet versnellen en Cavendish kwam te vroeg op kop. Kristoff had nog wel genoeg over en hij timede uitstekend.
NOS.nl