Manchester City heeft zich vandaag voor de tweede keer in drie jaar gekroond tot landskampioen. De miljoenenformatie was in eigen stadion op de laatste speeldag met 2-0 te sterk voor West Ham United en is daardoor niet meer te achterhalen door Liverpool.
De kampioen van 2012 had vooraf voldoende aan een gelijkspel, maar wekte de indruk vol voor de zege te gaan. Het thuispubliek kon echter pas in de 38e minuut opveren toen Samir Nasri de 1-0 binnenschoot. Vlak na rust bepaalde aanvoerder Vincent Kompany de eindstand uit een hoekschop op 2-0.
Na het laatste fluitsignaal bestormde de supporters massaal het veld. Liverpool had de hoop op eerste landstitel sinds 1990 vooral gevestigd op West Ham-spits Andy Carroll, oud-speler van de Reds. De lange aanvaller kwam er, net als zijn teamgenoten, tegen City totaal niet aan te pas.
Liverpool
Zelf had Liverpool de nodige moeite om met Newcastle af te rekenen. De gasten kwamen zelfs op 0-1, omdat Martin Skrtel zijn eigen doelman passeerde. Onder aanvoering van Steven Gerrard werd die achterstand toch goedgemaakt. De aanvoerder vond met een vrije trap eerst Daniel Agger, waarna hij ook nog Daniel Sturridge in staat stelde te scoren. Shola Ameobi en Paul Dummett kregen bij Newcastle, met Tim Krul en Vurnon Anita in de basis en Luuk de Jong als invaller, nog een rode kaart.
ad.nl