Servais Knaven kreeg vandaag eindelijk een opvolger. 13 jaar nadat de huidige ploegleider van Sky Parijs-Roubaix won, was het zijn voormalig ploeggenoot Niki Terpstra die na een solo als eerste de streep op de wielerbaan van Roubaix passeerde. ‘Het is mooi om dat gat te vullen’, sprak de renner van Omega Pharma-QuickStep die een ijzersterk voorjaar bekroonde met de hoofdprijs.
Terpstra had er voor moeten werken, net als zijn ploeg die in tegenstelling tot vorige week het numerieke overwicht nu wel benutte. In de Ronde van Vlaanderen kwam de ‘verkeerde’ man – Stijn Vandenbergh – op kop te zitten, ditmaal was het de Tsjech Zdenek Stybar die in volle finale mee vooruit was met vier snelle mannen: topfavoriet Fabian Cancellara, de Slowaak Peter Sagan, de Duitser John Degenkolb van Giant-Shimano en Belkin-kopman Sep Vanmarcke. Het was een illuster gezelschap waarvan Vanmarcke, vorig jaar tweede achter Cancellara, zich de initiatiefnemer mocht noemen.
Maar de samenwerking was ver te zoeken en langzaam slopen Terpstra en Tom Boonen, met onder anderen Bradley Wiggins in hun spoor, weer naar de kopgroep om 10 kilometer voor de streep aan te sluiten. Daar zat de Belgische topploeg plots met drie man voorop. ‘Na de laatste echte kasseistrook riep onze ploegleider dat Zdenek of ik moest aanvallen. Ik probeerde het en het was meteen de goede aanval’, vertelde Terpstra nadat hij de bij de zege behorende kassei in ontvangst had genomen. ‘De ploeg heeft me het vertrouwen gegeven.’
‘Dit is misschien niet de mooiste dag van mijn leven, maar zeker wel de mooiste overwinning uit mijn wielerloopbaan’, sprak Terpstra die de laatste 6 kilometer solo had gereden, een specialiteit waarmee hij bijvoorbeeld Dwars door Vlaanderen al twee keer won. In 2001 won Knaven Parijs-Roubaix en zegevierde Erik Dekker in de Amstel Gold Race. Sindsdien was er geen Nederlander meer winnaar van een van de vijf voorjaarsklassiekers. ‘Het was een tijd geleden’, erkende Terpstra.
AD.nl